Fiscus hield stukken achter over het onterecht stopzetten van kinderopvangtoeslag

Uitgelicht:

– selectie verzoek van het lid OMTZIGT (CDA) om een debat, voorafgegaan door een brief, met de staatssecretaris van Financiën over het bericht ‘Fiscus hield stukken achter over het onterecht stopzetten van kinderopvangtoeslag’ (Trouw.nl, 4 september 2018) De heer Omtzigt verkreeg voldoende steun voor zijn verzoek. Het geplande debat, AO Stopzetting van de kinderopvangtoeslag dat vandaag van 11.00 tot 13.00 uur zou plaatsvinden, is geannuleerd. Daarnaast is er om een brief van het kabinet verzocht, te ontvangen binnen een week.


Tweede Kamer, 104e vergadering, dinsdag 4 september 2018

Regeling van Werkzaamheden

Selectie verzoek van het lid OMTZIGT (CDA) om een debat, voorafgegaan door een brief, met de staatssecretaris van Financiën over het bericht ‘Fiscus hield stukken achter over het onterecht stopzetten van kinderopvangtoeslag’ (Trouw.nl, 4 september 2018)

De heer Omtzigt (CDA):
Voorzitter, dan het tweede verzoek. Wij hebben in juni aan de fiscus gevraagd: heeft u een evaluatierapport over het terugvorderen van de kinderopvangtoeslagen? En dat rapport bestond niet. Daarop stelden we aanvullende Kamervragen. Afgelopen vrijdag bleek het rapport wel te bestaan en is het ter vertrouwelijke inzage aan de Kamer gegeven. En vanmorgen had Trouw dat rapport. Dit gaat om een lange casus, een casus waarbij in 2014 kinderopvangtoeslagen zijn stilgezet en waarbij mensen jarenlang geen kinderopvangtoeslag kregen terwijl de rechter zei dat zij daar wel recht op hadden. Dus de ouders hebben moeten stoppen met werk en dergelijke.

De voorzitter:
Dus u wilt een debat?

De heer Omtzigt (CDA):
Ik wil hierover een debat met de staatssecretaris van Financiën. Dat wil ik dus in plaats van het algemeen overleg dat morgen gepland staat. Maar ik wil gewoon dat voor die tijd deze stukken openbaar worden gemaakt. Ik heb een aantal van de vertrouwelijke stukken ingezien, dus ik begrijp dat een of twee stukken niet volledig openbaar kunnen zijn, omdat die echt informatie bevatten die herleidbaar is tot personen. Maar we kunnen morgen geen debat hebben als die stukken niet openbaar zijn. En ik wil dit keer ook weten of het alle stukken zijn, want het feit dat we vanmiddag nog een brief kregen waarin stond dat ze nog twee stukken gevonden hebben — toevallig de stukken die Trouw ook had, die eerst niet leken te bestaan — is natuurlijk onbestaanbaar.

De voorzitter:
Bent u klaar?

De heer Omtzigt (CDA):
Ja. Of mag ik nog even doorgaan?

De heer Van der Lee (GroenLinks):
Voorzitter. De fractie van GroenLinks steunt dit verzoek van de heer Omtzigt van harte. Alle stukken moeten op tafel en die moeten we ook kunnen bekijken. Dat AO morgen gaat over de commissie, dat weet ik. Dat kan dan niet doorgaan, maar steun voor een plenair debat hierover.

Mevrouw Leijten (SP):
We zijn hier al lang mee bezig. Ook mijn fractie heeft hier meerdere keren Kamervragen over gesteld. Het feit dat wij over de Belastingdienst niet alle informatie krijgen die we graag wensen is ook al een lang slepende kwestie. Ik dacht: mooi, we spreken daar morgen over in een algemeen overleg. Laten we dat vooral houden en laten we al die stukken die onder de pet worden gehouden bij de Belastingdienst, vooral iedere keer aankaarten, maar niet een algemeen overleg dat ook een perspectief tot oplossing kan bieden daarmee uitstellen. Dus ik zou liever het algemeen overleg morgen houden.

De voorzitter:
Dat doet u bij de procedurevergadering.

Mevrouw Leijten (SP):
Voorzitter, misschien moet u eens opmerken dat ik een keer een debat niet steun!

De heer Azarkan (DENK):
Dames, dames …

De voorzitter:
Mannen doen het ook, hoor.

De heer Azarkan (DENK):
Voorzitter. Ik ben het van harte eens met de heer Omtzigt. We zijn hier echt al lang mee bezig. Er is in dit dossier nog zo veel te bespreken en elke keer hebben we het idee dat we nu alles hebben, maar we zien elke keer dat we net niet goed geïnformeerd worden, voor de zoveelste keer. Ik vind dat dat echt verdient dat we een goed debat met de staatssecretaris hebben, met alle stukken. Dus ik ben het eens met het voorstel, geen AO morgen.

De voorzitter:
Even in algemene zin …

De heer Omtzigt (CDA):
Het ging om een debat hier.

De voorzitter:
Precies.

De heer Omtzigt (CDA):
Het AO moet ik op een ander moment …

De voorzitter:
Een algemeen overleg uitstellen kan, maar dat moet echt in de commissie, niet hier plenair. Dus daarom maakte ik die opmerking. Het gaat hier om een debat en u steunt dat niet, begrijp ik. Wel? Dat is het nadeel van te veel woorden, want dan weet je het niet meer. Meneer Azarkan, u steunt het verzoek?

De heer Azarkan (DENK):
Ik steun het verzoek. Ik sloot me aan bij de woorden van de heer Omtzigt, gaf ik aan. Ik geef richting de collega’s aan dat wat mij betreft het AO morgen niet hoeft door te gaan.

De voorzitter:
Dat moet in de procedurevergadering.

De heer Azarkan (DENK):
Dat gaf de heer Omtzigt net ook aan, dus ik steun ook hier de heer Omtzigt.

De voorzitter:
U moet niet slechte voorbeelden volgen, dat is helemaal niet goed.

De heer Omtzigt (CDA):
Sorry.

De heer Edgar Mulder (PVV):
Het spijt me, voorzitter, maar dan heb ik toch een vraag. Ik wil een debat erover, het maakt me niet uit of dat morgen het AO is of een debat, maar het is een van tweeën, niet beide. Dus ik wil hier best zeggen dat ik het debat steun, maar dan op voorwaarde dat morgen het AO niet doorgaat en als ik dat hier niet kan … Dat is de verwarring, voorzitter, dus het is een van tweeën. Of we houden het AO morgen zoals we het allemaal hebben voorbereid, of het debat, een van tweeën.

De voorzitter:
Meneer Omtzigt, is het een idee dat jullie morgen eerst even misschien onderling bespreken of het algemeen overleg wel of niet doorgaat en dat u gewoon morgen bij de regeling een verzoek doet?

De heer Omtzigt (CDA):
Nee, voorzitter.

De voorzitter:
Dan ga ik verder.

De heer Omtzigt (CDA):
Misschien ter toelichting, het is een heel principieel punt. We hebben ook bij de erf- en schenkbelasting gehad dat we de stukken niet hadden en twee weken later hoorden dat er stukken waren.

De voorzitter:
Het is goed.

De heer Omtzigt (CDA):
Ik ga morgen dat AO niet aan zonder die stukken.

De voorzitter:
Ik ga naar mevrouw Lodders.

Mevrouw Lodders (VVD):
Dit is een kwestie die al heel erg lang sleept en verschillende collega’s hebben daar aandacht voor gevraagd, dus er moet duidelijkheid komen. Maar dat kan alleen als de stukken die openbaar zijn of die openbaar kunnen, ook openbaar gemaakt worden. Dus ik steun het verzoek van de heer Omtzigt met de vraag om die stukken openbaar te maken, zo veel als mogelijk, en daarna het debat te hebben. Dus ik steun het debat maar doe wel een beroep op de heer Omtzigt om dat eventueel om te zetten, om de kwestie wel zo snel als mogelijk af te handelen.

De heer Jetten (D66):
Voorzitter. Namens collega Van Weyenberg geen steun. Wat ons betreft kan het morgen in het AO. Wel alle steun voor zo veel mogelijk openbaarheid van die stukken.

De heer Nijboer (PvdA):
Voorzitter, steun voor het verzoek. Over het AO durf ik niks meer te zeggen, dat zal ik niet doen. Ik heb wel een pesthekel aan de enorme stapel vertrouwelijke stukken die we inmiddels hebben gekregen als Kamer.

De heer Omtzigt (CDA):
Daar ging het over.

De heer Nijboer (PvdA):
Dat is echt ongekend. Ik steun dus ook van harte dit verzoek. Maar eerlijk gezegd, er ligt bij de Belastingdienst op heel wat thema’s een hele set vertrouwelijke stukken, die lang niet allemaal vertrouwelijk hoeven te zijn en die in de openbaarheid moeten. Daar moeten we als Kamer wel scherp op letten. Ik prijs de heer Omtzigt dat hij dat nu doet, maar er zijn nog wel meer stapels te vinden van de Belastingdienst die echt de openbaarheid verdienen.

De heer Bruins (ChristenUnie):
Steun, voorzitter.

De voorzitter:
Dan heeft u toch een meerderheid, meneer Omtzigt.

De heer Omtzigt (CDA):
Voorzitter, dank u wel. Ik wil de Belastingdienst even de tijd geven, opdat er niet nog wat stukken opduiken. Mijn vraag is of we binnen een week die brief kunnen hebben, met alle stukken die in de openbaarheid kunnen worden gebracht. Kan het eerder, dan heel graag, maar ik wil dit keer echt volledige volledigheid hebben.

De voorzitter:
Oké. Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.