SZW | Werkende ouder en partner met zorgindicatie krijgen recht op kinderopvangtoeslag

Uitgelicht

‘Staatssecretaris Van Ark zal het wetsvoorstel naar verwachting voor de zomer naar de Tweede Kamer sturen. De beoogde inwerkingtredingsdatum is 1 januari 2021, maar is ook afhankelijk van een eventuele implementatietermijn om de wijzigingen in de uitvoering door te voeren.’

De internetconsultatie volgt onder het persbericht. De einddatum van de consultatie is 12 januari 2020. U kunt de consultatie vinden via deze link.


Het kabinet breidt het recht op kinderopvangtoeslag uit voor huishoudens waarin de ene partner werkt en de andere partner een permanente zorgindicatie heeft in het kader van de Wet langdurige zorg (Wlz). Dit staat in de Verzamelwet Kinderopvang die staatssecretaris Tamara van Ark (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) openstelt voor internetconsulatie. Ouders komen tot nu toe alleen in aanmerking voor kinderopvangtoeslag als beide partners werken of als een van hen of beiden een opleiding volgen of een traject naar werk. Het kabinet past de wet aan zodat ook gezinnen waarin een van de partners een Wlz-indicatie heeft arbeid en zorg goed kunnen combineren.

De wetswijziging heeft betrekking op naar schatting enkele duizenden gezinnen. In de huidige situatie zijn deze en andere gezinnen, waarin één van de ouders niet werkt en vanwege een psychische, sociale of gezondheidsreden niet in staat is om voor de kinderen te zorgen, aangewezen op de gemeente voor een tegemoetkoming in de kosten van kinderopvang. Gemeenten geven de tegemoetkoming op basis van een sociaal medische indicatie (SMI). Zij stellen zelf de regels rondom SMI vast en kunnen hier maatwerk in bieden.

Zwanger en werkloos
Een andere wetsaanpassing betreft zwangere vrouwen die kort voor of na de bevalling werkloos raken. In de huidige situatie kunnen zij niet optimaal gebruik maken van de doorlooptermijn van drie maanden van het recht op kinderopvangtoeslag, waarin zij nieuw werk kunnen vinden. Zwangere vrouwen mogen namelijk gedurende een periode van tien weken, vlak voor en na de bevalling, geen werk verrichten voor een werkgever. In de nieuwe situatie kan het recht op kinderopvangtoeslag worden verlengd, zodat altijd sprake is van een zoektermijn naar werk van drie maanden.

Een derde aanpassing die is voorzien in de Verzamelwet betreft het recht op kinderopvangtoeslag voor partners en ouders die arbeid verrichten volgens de voorwaarden van de Wet Inkomstenbelasting 2001. Dit verbetert onder meer de begrijpelijkheid voor ouders en de uitvoerbaarheid.

Staatssecretaris Van Ark zal het wetsvoorstel naar verwachting voor de zomer naar de Tweede Kamer sturen. De beoogde inwerkingtredingsdatum is 1 januari 2021, maar is ook afhankelijk van een eventuele implementatietermijn om de wijzigingen in de uitvoering door te voeren.

———-

Verzamelwet kinderopvang

Met het wetsvoorstel wordt de Wet kinderopvang (Wko) op vier punten gewijzigd. Ouders waarvan één van de ouders wegens een Wlz-indicatie niet kan werken en niet voor de kinderen kan zorgen, krijgen aanspraak op kinderopvangtoeslag. Verder wordt de werkloosheidstermijn voor een zwangere vrouw verlengd. Tot slot worden twee technische correcties doorgevoerd in de Wko: het herstel van de verwijzing naar mbo-studenten en het gelijktrekken van de koppeling met de Wet IB 2001.

Consultatie gegevens

Publicatiedatum 01-12-2019
Einddatum consultatie 12-01-2020
Status Actief
Type consultatie Wet
Organisatie Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Keten-ID 10159
Onderwerpen Gezin en kinderen

Geef uw reactie op deze consultatie

Publicatie reacties

Reacties worden gepubliceerd tijdens de loop van de consultatie. Alleen die reacties worden gepubliceerd waarvan is aangeven, door de inzender, dat deze openbaar mogen zijn.

Doelgroepen die door de regeling worden geraakt

Ouders met kinderen die gebruik (willen) maken van formele kinderopvang om hun arbeid en zorgtaken te kunnen combineren.

Verwachte effecten van de regeling voor de doelgroepen

Het effect verschilt per wijziging. Sommige ouders zullen na de wetswijziging aanspraak kunnen maken op kinderopvangtoeslag. Voor een specifieke groep zwangere vrouwen die in de werkloosheidstermijn zit wordt het recht op kinderopvangtoeslag verlengd. Door het herstellen en gelijktrekken van de koppeling in de Wko met de Wet IB 2001 zal het recht op kinderopvangtoeslag voor een beperkte groep vervallen. Het herstel van de verwijzing naar mbo-studenten heeft waarschijnlijk geen effect.

Waarop kunt u reageren

U kunt reageren op alle onderdelen van het wetsvoorstel en de toelichting daarop.