TK | Initiatiefwetsvoorstel-Raemakers tot wijziging van de Wet kinderopvang – 15 oktober 2019

Uitgelicht:

Vanaf heden werkt EPPA met een vernieuwd ICT-systeem voor onze politieke monitor. Dit is de eerste stap in het proces om u in het eerste kwartaal van 2020 onze politieke monitor in een online dashboard te kunnen aanbieden. Als gevolg van deze wijziging kan de vormgeving van onze e-mails op enkele punten afwijken van wat u gewend was. We kijken ernaar uit om u in de toekomst in onze online omgeving nog meer van dienst te kunnen zijn.

Overzicht ingediende amendementen:
-35049-9- Amendement van het lid Hijink over een vaccinatieplicht in de kinderopvang
-35049-11 t.v.v. 10- Nader gewijzigd amendement van het Hijink t.v.v. nr. 10 over een vaccinatieplicht in de kinderopvang bij vaccinatiegraad onder een bepaald niveau

Het stenogram en de ingediende amendementen zijn toegevoegd als bijlagen. De initiatiefnemer reageert op een later moment op de inbreng van de woordvoerders. Zodra deze datum bekend is, brengen wij u hiervan op de hoogte.


Persbericht, 15 oktober 2019 – Initiatiefvoorstel voor wijziging Wet kinderopvang in verband met vaccinatie

Raemakers (D66) stelt voor om de Wet kinderopvang aan te passen, zodat ouders weten of een kindercentrum niet-gevaccineerde kinderen toelaat.

Kinderopvangcentra zouden zelf moeten kunnen beslissen of zij kinderen weigeren die niet het Rijksvaccinatieprogramma volgen. Als in het Landelijk Register Kinderopvang staat welke kindercentra niet-gevaccineerde kinderen toelaten, kunnen ouders een goed geïnformeerde keuze maken, meent Raemakers (D66). Met zijn voorstel wil hij de Wet kinderopvang in die zin aanpassen.

Belang van vaccinatie

Het Rijksvaccinatieprogramma is een zegen, meent Bruins (ChristenUnie), want door vaccinatie bescherm je je eigen kind en andere kinderen die nog niet gevaccineerd zijn. Daling van de vaccinatiegraad is een groot risico voor de volksgezondheid en rechtvaardigt volgens hem overheidsbemoeienis.

We dachten dat we het in Nederland goed geregeld hadden, zegt Van Dijk (PvdA), maar het blijkt dat steeds minder kinderen gevaccineerd worden. Hij steunt het voorstel van de initiatiefnemer, maar vindt het eigenlijk aan de overheid om ervoor te zorgen dat kinderen gevaccineerd zijn.

Hermans (VVD) is blij dat het initiatiefvoorstel een helder signaal afgeeft over het belang van vaccinatie. Zij benadrukt het belang van goede voorlichting aan ouders. Laat ouders die hun kind niet willen vaccineren een gesprek voeren met een kinderarts, stelt Agema (PVV) voor.

Goed dat kinderopvangcentra het recht krijgen om niet-gevaccineerde kinderen te weigeren, zegt Diertens (D66), want dat is in het belang van ouders die hun kind een veilige omgeving willen bieden.

Gevolgen

Het initiatiefvoorstel kan er volgens Renkema (GroenLinks) toe leiden dat er op bepaalde kindercentra veel niet-gevaccineerde kinderen worden opgevangen. Hij vreest dat daardoor brandhaarden van infectieziekten kunnen ontstaan.

De Pater (CDA) wijst erop dat kindercentra nooit honderd procent veiligheid kunnen bieden. Kinderen onder de veertien maanden zijn namelijk nog niet ingeënt tegen bof, mazelen en rodehond, en daarnaast zijn er kinderen die vanwege een ziekte niet ingeënt kunnen worden.

Agema (PVV) vraagt aandacht voor de handhaving: hoe voorkomen we dat ouders sjoemelen en formulieren verkeerd invullen? Ook onafhankelijk Kamerlid Van Kooten wijst op het gevaar van “zachte handhaving”, waardoor schijnzekerheid wordt gecreëerd.

Verdergaande maatregelen

Als de kritische vaccinatieondergrens wordt bereikt, moet het voor kindercentra en gastoudervoorzieningen verboden worden om niet-gevaccineerde kinderen op te vangen, vindt Hijink (SP). Het lijkt ook Hermans (VVD) goed om alvast een verdergaande wet op te stellen voor het geval dat de vaccinatiegraad verder daalt.

Waar eindigt dit? Van der Staaij (SGP) maakt duidelijk dat zijn partij tegen iedere vorm van vaccinatieplicht is, omdat dat zou ingrijpen in de grondwettelijk beschermde persoonlijke levenssfeer.

De initiatiefnemer reageert op een later moment op de inbreng van de woordvoerders.