TK | Kamervragen Leijten (SP) over het afwijzen van kinderopvangtoeslag omdat de toeslagpartner dagbesteding heeft

1
Herinnert u zich het verhaal van een moeder van wie de kinderopvangtoeslag is stopgezet omdat haar partner dagbesteding nodig heeft, maar dat de Belastingdienst dit ziet als vrijwilligerswerk en geen gegronde reden om niet de kinderen te verzorgen als de moeder werkt? (1)

2
Wat vindt u van de definitieve afwijzing die deze moeder heeft gekregen, ondanks dat u had gevraagd nogmaals naar het dossier te kijken? (2)

3
Kunt u aangeven waarom iemand die arbeidsongeschikt is, een Wajong-uitkering heeft, én een indicatie voor dagbesteding heeft, door de Belastingdienst niet erkend wordt als ‘afwezig’ overdag?

4
Erkent u dat iemand niet zomaar een indicatie voor dagbesteding krijgt en dat dagbesteding gezien wordt als belangrijk om sociaal isolement te doorbreken en vaardigheden te ontwikkelen? (3) Kunt u uw antwoord toelichten?

5
Erkent u tevens dat iemand die dagbesteding heeft overdag niet thuis is om de kinderen te verzorgen?

6
Waarom is er wel een uitzondering gemaakt voor recht op kinderopvang als een partner een opleiding volgt, in een (re)integratietraject zit of een inburgeringscursus doet?

7
Erkent u dat de genoemde redenering in de afwijzingsbrief (“De redenering hierachter is dat kinderopvangtoeslag is bedoeld om de combinatie van werk, studie of (re)integratietraject gericht op werk en de zorg voor de kinderen te vergemakkelijken”) juist ook geldt voor een partner van een echtgenoot met dagbesteding?

8
Is het in de geest van de wet op de kinderopvangtoeslag wenselijk dat de moeder haar werk op moet geven, omdat er geen kinderopvangtoeslag wordt toegekend? Kunt u uw antwoord toelichten?

9
Erkent u dat dit gezin door het besluit van de Belastingdienst zal moeten leven van enkel de Wajonguitkering van de toeslagpartner en dat de gevolgen diep ingrijpend zijn op de financiële situatie van dit gezin? Kunt u uw antwoord toelichten?

10
Kunt u aanwijzen waar in de wet wordt gesteld dat dagbesteding geen grond is voor kinderopvangtoeslag?

11
Kunt u ook aanwijzen waar in de wet wordt gesteld dat de Belastingdienst geen beleidsvrijheid heeft om bij dagbesteding van de partner géén kinderopvangtoeslag te verlenen?

12
Is het mogelijk in de geest van de wet de situatie van een werkende ouder met een partner die dagbesteding nodig heeft toch kinderopvangtoeslag toe te kennen? Zo ja, bent u bereid dit te regelen?

13
Wat vindt u ervan dat in de afwijzingsbrief verwezen wordt naar de rechtbank als het bezwaar op de beslissing gehandhaafd wordt?

14
Erkent u dat het vreemd is dat de regering wil dat er minder beroep op de rechtsbijstand wordt gedaan en dat als onderdeel van die plannen beloofd wordt dat overheidsinstanties minder vaak zullen procederen, maar dat de mensen in dit voorbeeld gedwongen zijn te procederen om hun recht te halen en hun bezwaren te laten toetsen? Zo ja, wat gaat u hiertegen doen? (4)

(1) https://www.sp.nl/nieuws/2019/08/sp-presenteert-zwartboek-onterecht-stopgezette-kinderopvangtoeslag
(2) Brief onderhands meegestuurd
(3) https://perspectief.uwv.nl/artikelen/5-vragen-over-dagbesteding
(4) https://www.rijksoverheid.nl/actueel/nieuws/2018/11/09/rechtsbijstand-minder-procedures-meeroplossingen